Drinken tijdens een namiddag uit © Valentine Vanparys 

De afgelopen weken zorgde het nieuws over dronken rijgedrag van enkele bekende Vlamingen voor ophef. Tom Waes, Ruben Van Gucht en zelfs de jonge Zita Wauters kwamen in opspraak vanwege rijden onder invloed. Deze gevallen zijn slechts het topje van de ijsberg. Ondanks alle campagnes tegen alcohol achter het stuur, blijven we drinken en rijden combineren. Hoe komt dat? 

De Belgische alcoholcultuur 

Alcohol is diepgeworteld in de Belgische cultuur. Internationaal staan we bekend om onze biercultuur, met een traditie van brouwerijen en bierstijlen die zelfs zijn erkend als immaterieel cultureel erfgoed door UNESCO. Alcoholconsumptie is verweven met sociale rituelen, festiviteiten en familiebijeenkomsten. Van het inleiden van het nieuwe jaar met een glaasje cava of champagne tot het drinken op vrijgezellenfeesten. Voor de doorsnee Belg staat alcohol gelijk aan gezelligheid, ontspanning en plezier. Deze gedachte draagt bij aan de normalisering van alcoholgebruik, ondanks de risico’s voor de gezondheid. 

De normalisering van alcohol in de Belgische samenleving 

Onze maatschappij heeft een complexe relatie met alcohol. Volgens Luc Rombaut, coach gespecialiseerd in verslavingszorg, is alcohol een onlosmakelijk deel van het sociale leven. “Alcohol hoort bij sociale evenementen, familiebijeenkomsten en zelfs onze dagelijkse ontspanning. Het is zó normaal geworden dat mensen vaak niet stilstaan bij de risico’s”, legt hij uit. 

Het probleem is duidelijk zichtbaar bij rijden onder invloed. Steve D’hulster van de Vlaamse Stichting Verkeerskunde (VSV) wijst op de onderschatting van de effecten van alcohol: “Mensen denken vaak dat één of twee glazen geen kwaad kunnen, maar zelfs kleine hoeveelheden verminderen je reactievermogen aanzienlijk.” Daarnaast is er een gebrek aan bewustzijn rond de korte-termijn impact van alcohol op de hersenen. “Vanaf dat je glazen aan het tellen bent moet je eigenlijk niet meer achter het stuur kruipen”, Zegt D’hulster. 

Sociale druk en reclame 

Een van de oorzaken van deze normalisering is de aanhoudende promotie van alcohol. Rombaut noemt de alomtegenwoordigheid van alcoholreclames en de prominente plaats van alcohol in supermarkten. “Je kan geen tv-programma kijken of er wordt ergens gedronken. En de reclames zijn nog erger. Tijdens ieder reclameblok zie je Stella, Jupiler of Heineken. In supermarkten staat alcohol vaak in de solden, en in winkels zoals Colruyt loop je letterlijk door de alcoholrekken om binnen te geraken”, zegt hij. 

Die cultuur maakt het voor velen moeilijk om nee te zeggen. “Alcohol is een vast onderdeel van onze sociale rituelen,” vervolgt Rombaut. “Bij een kerstfeestje of zelfs een korte bijeenkomst hoort standaard een glas cava, champagne of bier. Het is bijna een reflex.” Dit verklaart deels waarom zelfs BV’s zoals Tom Waes en Ruben Van Gucht, die zich bewust zouden moeten zijn van hun voorbeeldfunctie, toch over de schreef gaan. Wie ervoor kiest om geen alcohol te drinken krijgt al snel een verbaasde reactie.  

De verschillen bij de generaties? 

Toch ziet Rombaut ook positieve veranderingen. Jongere generaties zijn bewuster bezig met hun alcoholgebruik. “We zien dat jongeren minder drinken en vaker kiezen voor non-alcoholische alternatieven. Dit is deels te danken aan campagnes zoals Tournée Minérale, die non-alcoholische opties hebben genormaliseerd,” zegt hij. 

Bij oudere generaties ligt het probleem echter dieper. “Zij zijn opgegroeid in een tijd waarin de gevaren van alcohol nauwelijks besproken werden,” vervolgt Rombaut. Dat verklaart waarom rijden onder invloed nog steeds voorkomt, ook al is er jarenlange sensibilisering geweest zoals via de BOB-campagne. 

De politiek moet duidelijke keuzes maken 

“Het gebrek aan krachtig beleid rond alcoholmisbruik is opvallend,” stelt Rombaut. Zelfs Maggie De Block, voormalig minister van Volksgezondheid én arts, kwam niet met een ambitieus plan om alcoholmisbruik te bestrijden. Sensibiliseringscampagnes zoals ‘BOB’ en ‘Tournée Minérale’ zijn stappen in de goede richting, maar het blijft een druppel op een hete plaat. Het beleid mag niet dubbelzinnig zijn en moet voluit kiezen voor een nultolerantie. Het idee dat een paar glazen geen probleem zijn moet er volledig uit. “Laat ons hopen dat de politiek vroeg of laat wel de moed vindt om een nultolerantie in te voegen.” 

We belden naar de Belgische sectorfederatie Belgian Brewers voor een wederwoord, maar niemand was bereid om een reactie te geven.