Ze verdienen in een maand wat veel leeftijdsgenoten in een jaar verdienen, maar opvallend veel Belgische profvoetballers komen vroeg of laat in financiële problemen. Achter de schijn van succes missen veel spelers financiële kennis en goede begeleiding. “Gezond verstand is er zeker niet bij iedereen.“
Het is volgens voetbalmakelaar Mark Volders, die onder andere doelman Senne Lammens naar Manchester United bracht, een onderschat gevaar. Hij ziet van dichtbij hoe groot de uitdagingen voor jonge spelers zijn. “Je hebt makelaars die puur een deal maken en daarnaast niks meer doen”, vertelt hij. “Maar ik wil betrokken zijn bij mijn spelers, een band hebben en hen – als zij dat willen – zo ruim mogelijk begeleiden.”
Volders waarschuwt vooral voor de financiële verleidingen die jonge spelers overspoelen zodra ze hun eerste grote contract tekenen. Hij ziet in zijn werk hoe snel het mis kan gaan als spelers niet goed begeleid worden. “Als je een nieuw contract tekent, lijkt het mij logisch dat je eerst verstandig belegt en niet meteen de allerduurste auto koopt. Maar dat gezond verstand is er niet altijd bij iedereen”, zegt hij. Zijn rol, vertelt hij, bestaat erin opties aan te reiken zonder ooit dwingend te worden. “Ik zal een speler nooit zeggen wat hij met zijn geld móét doen. Ik geef opties, een buikgevoel, een mening. Maar als het misloopt en ik heb iets opgedrongen, dan ben ik verantwoordelijk. Daarom moet je altijd voorzichtig zijn.”
Die voorzichtigheid is geen overbodige luxe. Volders merkt dat sommige spelers onmiddellijk herkenbaar zijn als risicoprofielen. “Je hebt jongens waarvan je op voorhand al voelt: oei, dat gaat mislopen. Ze tekenen een contract en dezelfde dag posten ze op Instagram dat ze een splinternieuwe auto gekocht hebben. Dat geeft aan dat de focus verkeerd ligt.” Maar tegelijk benadrukt hij dat makelaars niet alles kunnen oplossen: “Spelers doen wat ze willen. Je kan als makelaar goede bedoelingen hebben, maar ook andere mensen, zoals de familie van een voetballer, spelen een belangrijke rol.”
Bijna een op vier heeft problemen
Al in 2014 brachten onderzoekers Matteo Balliauw en Tomas Van den Spiegel het probleem in kaart. Hun studie toonde aan dat bijna een kwart van de Belgische profvoetballers toen al met financiële moeilijkheden kampte. Tien jaar later blijkt het fenomeen nauwelijks verdwenen. Voormalig profvoetballer Sven Kums herinnert zich hoe weinig begeleiding hij zelf kreeg. Volgens hem draait alles om timing. “De meeste spelers beseffen pas laat wat er op het spel staat”, zegt hij. “Op jonge leeftijd wil je gewoon voetballen, niet nadenken over later.”
Mark Volders samen met doelman Senne Lammens, die hij mee richting Manchester United begeleidde. © Instagram
Die analyse sluit nauw aan bij wat Volders in de praktijk ziet: financiële maturiteit groeit vaak pas wanneer eerste fouten al gemaakt zijn. Een recentere studie van Sebastien Guinée uit 2024 toont dat bijna de helft van de voetballers aangeeft financieel kwetsbaar te zijn of moeite te hebben om hun inkomsten duurzaam te beheren. Bij wielrenners is dat probleem veel minder aanwezig, omdat zij al vroeg leren werken als zelfstandigen en sneller inzicht krijgen in belastingen, planning en sparen.
Kums wijst erop dat een vast loon in het voetbal een misleidend gevoel van stabiliteit creëert. Een carrière duurt gemiddeld acht tot tien jaar, maar veel spelers leven alsof hun inkomsten oneindig zijn. “Een vast maandloon laat alles veilig lijken”, zegt hij, “maar eigenlijk stel je het echte denkwerk over je financiële situatie gewoon uit.”
Hervormingen
Daarbovenop werd ook het fiscale landschap in België in 2021 complexer. De groepsverzekering, jarenlang een belangrijke buffer waarop profvoetballers al rond hun vijfendertigste beroep konden doen, werd hervormd en valt nu pas later uit te keren. Dat was volgens Kums een essentieel veiligheidsnet. “Het zorgde ervoor dat er automatisch iets werd opgebouwd, zelfs als je er zelf nog niet mee bezig was”, zegt hij.

Ook Volders ziet dat zo. “Sparen is nooit slecht”, benadrukt hij. “Voor veel spelers was het een interessant systeem omdat er automatisch voor hen gespaard werd, of ze dat nu wilden of niet.”
Terwijl die financiële bescherming wegvalt, blijven spelers wel blootgesteld aan hoge levensstandaarden en soms risicovolle investeringen. Daardoor wordt het gat tussen wat verstandig zou zijn en wat spelers effectief doen steeds groter.
Nederland
In Nederland is vooruitgang geboekt. De Vereniging voor Contractspelers (VVCS) voorziet al jaren financiële coaching en opleidingsprogramma’s die spelers helpen basiskennis op te bouwen over hypotheken, belastingen en beleggen. Financieel coach Ben-Ivar Kolster omschrijft zichzelf als “een soort financiële huisarts”: een laagdrempelig aanspreekpunt dat spelers begeleidt voor ze fouten maken. Hij zag via het vroegere CFK-spaarfonds hoe groot de nood aan een betrouwbaar vangnet is. “Je moet spelers beschermen tegen hun eigen impulsiviteit,” zegt hij, “want als het geld binnenkomt, gaat het nog sneller weer naar buiten.”
De twee financiële valkuilen volgens Ben-Ivar Kolster
Die aanpak werkt. Veel Nederlandse spelers zoeken begeleiding wanneer ze rond hun dertigste hun carrièrebewustzijn voelen groeien. Het contrast met België is er: hier hangt begeleiding nog te veel af van toevalligheden, goodwill of toevallige contacten. Kums ziet dat ook. “In ons land willen spelers hun loon het liefst zo snel mogelijk op de bankrekening zien staan”, zegt hij, “maar op lange termijn zou een systeem zoals in Nederland veel onheil kunnen voorkomen.”
Kolster noemt het ontbreken van een Belgisch systeem een gemiste kans. “Zonder structuur valt een speler terug op zijn eigen kring en dat zijn vaak mensen met goede bedoelingen, maar zonder de juiste kennis.” Dat vormt een risico dat ook Volders goed herkent: “Je hebt families die daarmee bezig zijn en families die dat helemaal niet zijn”, aldus de makelaar. “En dan kunnen dingen dramatisch verkeerd aflopen.”
Nieuwe verleidingen
Intussen zijn spelers ook vatbaar voor nieuwe vormen van risico’s. Cryptomunten, snelle beleggingen en projecten waarvan niemand precies weet hoe ze werken, kruisen hun pad steeds vaker. Kolster ziet hoe spelers impulsief geld investeren of net alles op een spaarrekening laten staan. “Beide uitersten zijn slecht”, zegt hij. “Niets doen kan net zo schadelijk zijn als te veel risico nemen. Want op een spaarrekening verlies je ook veel geld.”
Ook Volders erkent dat de omgeving van een jonge voetballer vol valkuilen zit. “Er zijn soms mensen die het slecht voor hebben”, zegt hij. “Daarom moet je als makelaar voorzichtig zijn. Je wil de juiste opties geven, maar nooit de keuze voor hen maken. Stel dat jouw advies dan verkeerd afloopt, ben je wel verantwoordelijk. Die situatie moet je als makelaar proberen vermijden.”
Financiële problemen raken intussen niet alleen de bankrekening, ze kunnen ook mentale druk veroorzaken. Kolster ziet dat duidelijk in zijn werk. Hij merkt dat financiële stress zich rechtstreeks vertaalt naar het veld. “Als het naast het voetbal rommelt, dan zie je dat terug in de prestaties. Spelers lopen met hun hoofd vol en dat voel je meteen in hun spel”, benadrukt hij.
Kums ervaarde dat anders. Hij merkte zelf geen directe gevolgen voor zijn prestaties, maar begrijpt wel hoe groot de impact kan zijn. “Ik voelde het niet op het veld”, zegt hij. “Op het veld dacht ik daar niet aan. Dan was ik enkel gefocust op het voetbal.”
Educatie
Structure financiële begeleiding lijkt daarom geen overbodige luxe in België. In jeugdopleidingen zou basiskennis over loon, belastingen en sparen een logisch onderdeel kunnen zijn van de opleiding tot prof. Onderzoekers pleiten daarnaast voor een onafhankelijk adviesnetwerk of een nieuw spaarsysteem dat spelers beschermt tegen hun eigen impulsiviteit.
Sven Kums getuigt over het gebrek aan financiële begeleiding tijdens zijn carrière
Maar voorlopig ligt de verantwoordelijkheid nog vooral bij de speler zelf. Of bij de mensen die hen begeleiden. Volgens Volders moeten die eerlijk, voorzichtig en aanwezig zijn. “Laat ons verstandig omgaan met de centen die je verdient”, vertelt hij wanneer jonge spelers bij hem aankloppen. “Beleg in eerste instantie in verstandige dingen, en doe dat onder begeleiding van mensen die gespecialiseerd zijn. Maar gebruik vooral je gezond verstand”, geeft hij nog mee als advies.
Dat gezond verstand blijft soms schaars in het Belgische profvoetbal. “Tijdens je carrière geef je vaak te veel uit”, besluit Kums. “En die levensstandaard kun je na je carrière nooit behouden. Daar zijn nog steeds te weinig spelers zich bewust van.”
