(c) Lien Buysse

Vorig jaar stierven 684 mensen in het verkeer. Iets wat ook bijna het lot was van G-wielrenner Louis Clincke (35) uit Eeklo. Samen met zijn ouders en vriendin reconstrueert hij zijn verhaal. 

26 mei 2013 werd voor Louis Clincke en zijn omgeving een ware nachtmerrie. Na een ongeval met zijn motorfiets volgde een zwaar verdict: een dubbele openbeenbreuk, complexe bekkenfracturen, een gebroken heupkom en twee dubbele openpolsbreuken. Hij had ook gescheurde darmen, een klaplong en zenuwschade. Hij lag zestien dagen in coma, met een overlevingskans van amper drie procent. Toch werd hij uiteindelijk wakker. “Het leek wel of ik aan het dromen was”, begint Clincke zijn verhaal. “Mijn bekken zat vol pinnen en een stuk darm lag uit mijn buik.”

Medische blunder met grote gevolgen

De ervaring was ook zeer heftig voor Ruth, de mama van Louis: “Ik kreeg telefoon van Louis. Er zei iemand aan de telefoon dat Louis een zwaar ongeval had gehad. Ik ben onmiddellijk vertrokken.” Onderweg naar het ongeval snelden brandweerwagens en ziekenwagens voorbij om Louis te redden. Eenmaal aangekomen legde Ruth haar zoon in haar armen. “Hij zei nog: “Mama, nu snijden ze mijn mooie trui hier gewoon kapot” en lachtte nog tegen de ambulancier dat zijn mama wel ‘een schoontje’ was. Hij relativeerde zelf wat net gebeurd was, doet Ruth haar herinnering aan het ongeval uit de doeken. Op weg naar het ziekenhuis besefte ze pas hoe ernstig de situatie echt was. 

In het AZ Alma in Eeklo, kon de familie Louis nog even spreken. “Tijdens dat gesprek vroeg hij nog of zijn CM wel betaald was en of ik tegen Ben, één van zijn beste vrienden, kon zeggen dat hij niet op de bespreking van zijn vrijgezellenavond ging zijn”, vertelt Ruth. Meteen daarna werd de Eeklonaar geopereerd. Die operatie werd het moment dat alles misliep. Waar de dokters eerst dachten dat het vooral breuken waren, was de situatie in realiteit veel ernstiger. “De dag erna kwam ik aan op de spoedafdeling. De dokters liepen rond met bloedzakjes. Eerst dachten we nog dat het niet voor Louis was, maar dat bleek wel zo te zijn.” De dokters hadden tijdens het plaatsen van een drain om de klaplong te behandelen, in de lever geprikt. Een medische blunder met grote gevolgen.

Een nieuwe uitdaging

In het UZ van Gent begon Clincke met een lange revalidatie. Na 379 dagen verliet Clincke pas het ziekenhuis. “Opeens werden de gemakkelijkste dingen, zoals een trap oplopen, een grote opdracht”, vertelt Clincke.

Clincke had na zijn revalidatie nood aan een nieuwe uitdaging: “Ik heb verschillende sporten uitgetest: tafel- en gewone tennis, zwemmen en lopen.” Maar door zijn ongeval was de bewegelijkheid in zijn handen niet zoals het hoorde. De verlamming in zijn rechteronderbeen maakte het zelfs onmogelijk om te lopen. Zo lukten vele sporten niet meer. Uiteindelijk besloot hij een fiets te kopen. “Die fiets is mijn redding geweest. Eindelijk kon ik weer sporten.”

Clincke bleek een begenadigd wielrenner te zijn en stopte prompt met zijn werk om zich volledig te richten op een wielercarrière. Hij pakte brons op het WK in Maniage. Zijn carrière begon op stoom te komen. Maar net wanneer alles op wieltjes begon te lopen voor Clincke, sloeg het noodlot opnieuw toe. In 2019 werd hij aangereden op training. “Opnieuw in diezelfde straat met dezelfde ambulanciers.”, herinnert Clincke zich. Hij hield er een gebroken elleboog, bekkenbreuk en hersenschudding aan over. Na een nieuwe revalidatie kreeg de wielrenner zware knielast, maar hij vocht terug.

Nieuw leven

Negen maanden later beviel zijn vrouw van hun kindje. Wat de mooiste dag van zijn leven moest worden, veranderde in een helse dag. Clincke kreeg blazen op de huid. Het verdict: het Steven-Johnson syndroom, een zeldzame huidaandoening. Hij vocht maar liefst zes keer tegen het syndroom. Keer op keer wist hij het te baas. Uiteindelijk kroop hij ook weer op de fiets.

Gisteren reed Clincke het WK in Zürich in de categorie C4. Een discipline voor renners met één of meerdere amputaties. Clincke leek zelfs in staat om een top tien resultaat te noteren, maar moest uiteindelijk nog opgeven. “Door de kletsnatte omstandigheden kreeg Louis steeds meer moeite om zijn handen te gebruiken. Remmen was veel moeilijker en hij zag ook iemand overkop gaan. Uiteindelijk had hij er genoeg van”, zegt Lien, zijn vrouw. Ondanks een minder resultaat, blijft Clincke voor zijn omgeving een held.

Door Remi Boute